Het ontstaan van de Ragdoll (in de jaren ’60)
Het ontstaan van de Ragdoll lijkt op een sprookjesverhaal dat zich afspeelt in de jaren ’60. Het ras Ragdoll is ontstaan in Amerika. Het ras is ontstaan uit een witte Angora-achtige poes. Het was de kat van de buurvrouw van Ann Baker. De poes, genaamd Josephine, was van de buurvrouw van Ann. Josephine had vaak een nestje met kittens, maar veelal waren deze katjes erg wild en schuw.
Op een dag werd de poes aangereden door een auto. Josephine werd overgebracht naar de plaatselijke Universiteit. Ze overleefde het ongeluk ter nauwe nood.
Na een tijdje kreeg Josephine weer een nestje met kittens. Er was iets vreemds aan de hand met deze kittens. In tegenstelling tot de kittens voor het ongeval (vooral schuw en wild), waren deze kittens heel speels, lief en heel ontspannen. Ze vonden het heerlijk om aandacht te krijgen van mensen.
De buurvrouw van Ann wilde van de kittens af. Door het lieve karakter van de kittens wilde Ann (als ervaren kattenfokster) het nestje graag meenemen.
Ann leende twee oudere zoons van Josephine met beide een andere vader. Deze katten gebruikte Ann om een nieuwe lijn op te zeten in haar fokprogramma. Blackie was een zwart, bruine pers en Raggedy Ann Daddy Warbucks leek op een heilige birmaan, maar dit was hij niet.
Buckwheat werd Anns eerste kat. Zij was een effen zwarte poes. Buckwheat was een dochter van Josephine en Blackie. Zij had het uiterlijk van een Burmees, met een dikkere vacht.
Naast Buckwheat kreeg Ann nog een poes. Haar naam was Raggedy Ann Fugianna. In feite was zij een mislukte Bi-colour. Haar vader was Daddy Warbucks.
Met Buckwheat en Fugianna was de rest geschreven geschiedenis. De basis voor het ras Ragdoll was gelegd.
Ann liet in 1975 “Ragdoll” registreren als handelsmerk.
Bron: Wikipedia