Tip 6: Accepteer het karakter van je kat
Net als bij mensen verschilt iedere kat in karakter. De één is een echte knuffelaar en de ander wilt niet eens opgepakt worden. Een kat kan zijn karakter niet veranderen. Sommige mensen denken dat kittens nog wel naar onze hand te zetten zijn, maar de realiteit is dat het karakter van de kat niet verandert. Wanneer een kitten te vroeg van de moeder wordt weggenomen heeft men eerder meer kans op een angstige kat dan op een schootkat. Als je zeker wilt zijn dat een kat een bepaalde eigenschap bezit kun je het beste een volwassen kat in huis halen. Het belangrijkste is om te respecteren wanneer de kat van je wegloopt en dus niet opgepakt wilt worden. Ook een kat heeft af en toe me-time nodig en geeft dat op deze manier aan.
Tip 7: Laat een kitten minimaal 16 weken bij de moeder blijven
In de natuur stuurt een moederpoes haar kittens pas vanaf 16 weken de natuur in. Sterker nog; dit gebeurt alleen als er te weinig voedsel is om de kittens te kunnen voeden, anders blijven de kittens nog veel langer bij de moederpoes. Kittens te vroeg weghalen vergroot de kans op latere gedragsproblemen. Kittens leren tussen de 8 en 16 weken wat het betekent om een kat te zijn. Als een kat in deze periode niet samen is met een andere kat is de kat sociaal gehandicapt, vaak angstig en onzeker. Dit kan gedragsproblemen veroorzaken op latere leeftijd.
Tip 8: Straf je kat niet
Een kat uit zich op een bepaalde manier om je iets duidelijk te maken. Straffen is niet de oplossing… Het is belangrijk erachter te komen wáárom een kat bepaalde dingen doet. Alleen dan kun je het achterliggende probleem op te lossen. Straffen werkt meestal averechts. Katten worden er angstig van waardoor het probleem verergert. Weet je het echt niet meer? Neem dan eens contact op met een dierentarts om een medische oorzaak uit te sluiten. Mocht er geen medische oorzaak zijn, maar kom je er toch niet uit? Neem dan eens contact op met een gediplomeerde kattengedragsdeskundige. Zij zijn heel katvriendelijk en kan je helpen om de oorzaak van het probleem te achterhalen. Soms is het iets heel simpels; de krabpaal of de kattenbak staat op een verkeerde plek.
Tip 9: Goede medische verzorging
Goede medische verzorging begint bij een jaarlijks bezoekje aan de dierenarts. De dierenarts doet een onderzoekje waarmee kwaaltjes vroegtijdig gesignaleerd kunnen worden. Zorg er ook voor dat de vaccinaties tijdig herhaald worden. Dat dit alleen voor buitenkatten geldt is een fabel. Ook voor binnenkatten zijn vaccinaties belangrijk. Vier keer per jaar ontwormen en de kat vrijhouden van vlooien en teken zijn heel belangrijk voor de gezondheid van de kat. Ga met gedragsproblemen, verandering in gedrag of ziekte altijd met je kat langs de dierenarts Onthou dat katten lang kunnen verbergen dat ze ziek zijn, dus als de kat ziek toont, is ze doorgaans ernstig ziek en is een dierenartsbezoek zeker noodzakelijk. Hoe je pijn bij een kat kunt herkennen kun je in dit artikel teruglezen.
Tip 10: Laat de kat chippen
Katten zijn nieuwsgierige dieren en kunnen zo ver van huis belanden. Een halsband en adreskoker kunnen ze kwijtraken Door de kat te chippen en te registreren wordt het makkelijker om weer herenigd te worden met je kat. Mocht je kat toch vermist zijn: kun je in dit artikel tips teruglezen hoe je je kat terug kunt vinden.
Deel dit artikel met je kattenvrienden zodat iedereen op de hoogte is. Op naar nog meer gelukkige katten!